ARCHIEF MAIL
9 februari 2003

Het is hier inderdaad nog steeds mooi weer. De regen blijft uit, en de dagtemperatuur schommelt steeds rond de 30 graden. Alles ok hier, met jullie allemaal ook hopen we. Pa en moe gruppen maken het ook goed. Gisteren een mooie trip per boot gemaakt langs een aantal plantages. Erg indrukwekkend. We hebben Allianca, Bakkie, Rust en werk en Margreta bezocht. Ondertussen tijdens het nuttigen van enkele roties en wat koud bier kregen we nog een voorstelling van twee dolfijnen die langs kwamen.
Morgen vertrekken we per twinotter naar het indianendorp Palumeu, ver in de bush bush. Ongeveer een 450 kilometertjes vliegen. We blijven hier 4 nachten om wat te vissen en te hiken met de lokale indianen. Metz heeft ons deze tocht aangeboden als tegenprestatie voor de tochten die we voor hen hebben uitgezet.
Verder ga ik (ronnie) het druk krijgen mt een sponsortocht voor een bosnegerdorp in het binnenland. Het gesprek dat Gertrude en ik hebben gehad met de minister (Sandriman) verliep erg goed. Hij reageerde enthousiast van
de sponsortocht voor een school 200 kilometer verderop. Vrijdag heb ik een gesprek gehad met de directeur van Sportzaken en de wielrenunie. Zij zullen me helpen met de organisatie en andere belangstellenden werven die de tocht van 200 km over een laterietweg (rode zandweg)door het regenwoud met me mee willen fietsen. Ze willen ook veel publiciteit rondom de tocht hebben, ook om het fietsen te promoten. Kortom we gaan het nog druk krijgen.

10 januari 2003

We zijn weer heel teruggekomen van onze binnenlandtour. Via Bersaba (een vakantieoord aan een mooi riviertje)  zijn we naar de Brownsberg gefietst, een beschermd natuurgebied. Onderweg hebben we details vastgelegd zodat we deze kunnen verwerken in een fietsroute die we voor een reisbureau in kaart brengen. Zodoende konden we in Bersaba gratis overnachten in een vakantiehuisje. Op de Brownsberg hebben we twee nachten doorgebracht in de hangmatten. Er worden ook huisjes verhuurd hier.  We hebben enkele routes gelopen door het tropisch regenwoud, de meeste routes leiden naar watervallen maar vereisen wel een stuk afdalen en klimwerk als je weer terug loopt. Drie soorten apen gezien, relatief weinig vogels, maar daarentegen weer veel insecten zoals veel vlinders (o.a. de grote atlasvlinder,grootste nachtvlinder ter wereld), bidsprinkhanen en een tarantula. De reis vervolgde via Victoria (een bosnegerdorp) naar Brokopondo (idem dito).   Leuke mensen ontmoet. De laatste nacht hebben we in Klaaskreek overnacht bij een bosnegerfamilie. (geen mannen te bespeuren, wel  vrouwen met veel kinderen). Dit was erg interessant. De bosnegerinnen houden zich nog bezig met het verzamelen van kruiden waarin ze zichzelf en de babies baden.

4 januari 2003

Veel heil en regen in het nieuwe jaar!

Alles ok hier, met jullie ook hopen we. de sneeuw laat hier nog op zich wachten. De komende 5 dagen zullen we het binnenland gaan verkennen per fiets. Verder druk bezig geweest met van alles en nog wat. De jaarwisseling leuk doorgebracht bij een Nederlander die met een surinaamse is getrouwd. Het plan was 's avonds de stad in te gaan, maar dat is er niet van gekomen, het was te gezellig.

groeten, gertrude en ronnie

18 november

We zijn inmiddels aangekomen in Santa Elena, een stadje aan de grens van Brazilie. Nog even dus, en dan hebben we het eerste land in Zuid Amerika alweer achter ons liggen.

We hebben vanuit Cuidad Bolivar de bus gepakt naar El Dorado, omdat dit niet een interessant stuk is om te fietsen. In El Dorado zijn we naar een goudmijn geweest, waar Ronnie in afgedaald is. 40 meter in een gammel liftje in een donker gat. Ze lieten hem iets te ver zakken, waardoor hij tot z´n middel in het water kwam. Maar goed, het was warm weer. Gertrude had er in elk geval geen aardigheid meer aan.
Vanaf El Dorado gefietst naar Sta Elena. We kwamen door het gebied Gran Sabana, een hoogvlakte. Onderweg (behalve af en toe een indianenhut) niet veel teken van leven gezien. De weg was erg goed,nauwelijks verkeer.
Bij km 85 (de dorpjes worden genoemdnaar de kilometerstand volgens de paaltjes) nog gecampeerd bij een indianenstam (pemon). Gran Sabanawas erg mooi, prachtige tafelbergen, veel savannne en om de zoveel km een mooie waterval.

12 november

 We zijn gisteren teruggekomen van een tour naar de Angel falls. De trip zelf doen bleek onmogelijk, dus zijn we georganiseerd op pad geweest: drie uur met de auto, half uur vliegen in een cessna, daarna 80 kilometer in een boomstam rivieropwaarts met veel stroomversnellingen. daarna nog een klim van een uur te voet en dan sta je onderaan de hoogste waterval ter wereld, erg spectaculair. Door de vele regenval had de waterval een grote omvang, het geluk was aan onze zijde: we hadden prachtig weer bij: dus nog even gesparteld in het kleine meertje onder aan de vallen. In totaal vier dagen op pad geweest, waarvan twee dagen in het indianendorp Canaima. Ook hier prachtige watervallen die in een laguna uitkomen waaraan het dorp gelegen is. Verder is het landschap met z'n vele tafelbergen en oerwouden super (hier is onder andere een deel van de film arachnafobia opgenomen): behalve een enorme waterspin, hebben we verder geen van deze achtpotige beestjes gezien. Wel weer een nieuw gerecht geproefd: levende termieten: ze smaken naar wortel, alleen moet je er wel erg veel eten wil je een volledige maaltijd hebben.

5 november

We mailen nu via de pc van de nederlander Bernhardus van der Hurk die hier een fantastische posada heeft in een woonwijk Maracay, waar we overnachten. Gister zijn we weer terug gekomen na een dag of vijf in Puerto Colombia te hebben doorgebracht. Dit is een mooi coloniaal vissersdorpje met een leuke kade waar wat kanonnen liggen. Aan de rand van het dorp ligt een van de mooiste stranden die we tot nog toe gezien hebben. Een turquoise zee met hoge golven, mooi wit zand en veel palmbomen. Op de achtergrond liggen de hoge bergen van van het Henri Pittier park. Kortom hier hebben we de meeste tijd doorgebracht. Verder ben ik (Ronnie) nog een morgen met een lokale visser en z'n boot uitgevaren om te vissen. Erg leuke ervaring, we hebben zo'n 40 bonito's (volgens het visserslatijn afgerond naar boven) gevangen, een soort makreel.

Gisteren zijn we het gebergte weer doorgestoken naar Maracay. Een klim van 30 km om van zee niveau een pas , boven de 1800 meter, over te steken. We werden erg goed ontvangen door Bernhardus. Met zijn venezolaanse vrouw en een ander stel zijn we naar een honkbal wedstrijd geweest, sport numero 1 hier in Venezuela.

26 oktober 2002

Inmiddels zijn we veilig aangekomen in Caracas. We hebben het centrum gemeden, door een hotel te nemen vlakbij het vliegveld aan de kust. De volgende ochtend hebben we de fietsen weer in elkaar gezet en zijn ´s middags gelijk gaan fietsen. We dachten, we fietsen even naar Colonia Tovar, een duitse plaats 50 km verderop. Dat hadden we behoorlijk onderschat. We hadden alleen maar klim. We zijn die middag niet verder gekomen dan 20 km. De nacht hebben we doorgebracht bij een taxichauffeur wegens gebrek aan hotels in het desbetreffende plaatsje. Tovar bleek op 2000 meter hoogte te liggen, zodat we dag 2 ook nog een flinke klim voor de boeg hadden. vanuit de afdaling kwamen we uiteindelijk het dorp binnen. Errug toeristisch en daarom duur. Het dorp is opgebouwd door duitsers uit het zwarte woud, 130 jaar geleden. veel blanken die ook nog eens duits spreken. zelfs de huizen hebben ze op gelijke wijze gebouwd als in duitsland. Het had veel weg van een tiroler wintersportdorp, zei het dat er ook kolibris rondvlogen en dat er af en toe een verdwaalde palmboom stond en dat er natuurlijk geen sneeuw lag. Ook de bierstubes, bratwursten en eigengebrouwen bier waren er te vinden. Heel bizar.

15 oktober 2002

Vandaag zijn we dan aangekomen in panama city. een aantal pittige fietsdagen achter de rug, flink gebikkeld. kort samengevat:  veel regen, lekke banden, gaten in het asfalt, gravel en klim. Dit was vooral het geval toen we na las lajas afbogen van de panamerican naar een secundaire weg die in hevige staat van ontbinding bleek. Het asfalt zat vol kuilen, met af en toe alleen nog gravel. Een keer kondedn we zo{n gat dat vol stond met water gebruiken voor het vinden van een lek in een binnenband, zo zie je maar, had ook weer zn voordelen. In las lajas zijn we een dag gebleven aan het strand, we hadden hier een leuke houten hut gevonden. Prachtig palmenstrand met een mooie zee. t was erg afgelegen zodat je weinig volk tegenkwam. voordat we hier aankwamen hebben we een uur lang in stromende regen gebiked.

Vanaf las lajas in een keer doorgegaan naat panama city, vier dagen over gedaan, met gisteren een topdagje met 142 km. De route ging over de panam-highway, ook wel de transamericana genoemd. Vierbaans weg met brede vluchtstrook voor ons. Onderweg werd de weg deels geblokkeerd door een overstekende rivier die uit zn voegen was gebarsten, natte voeten dus nadat meerdere honderden meters door een stromend water werd afgelegd. Personenauto's ging het minder af, enkele werden al duwend voortbewogen vanwege vochtproblemen.

In ieder geval zijn we na 5.500 km op de klok aangekomen in panama city. Erg spectaculair was de oversteek over het kanaal over de america-brug. een gigantisch bouwwerk, zo'n 500  m lang en erg hoog. het eerste deel was klim over de 4-baans weg zonder vluchtstrook. daarna de afdaling. Het drukke verkeer hield goed rekening met ons op de smalle wegstroken, was erg spannend. Vanaf het hoogste deel hadden we een mooi uitzicht op de skyline van panamacity met zn vele wolkenkrabbers. We zijn erg blij dat we deel 1,  centraal america, er goed vanaf gebracht hebben.

9 oktober

Hier een teken van leven uit Bocas del Toro, een eilandengroep in de Caribische zee. We zijn hier nu 3,5 dag geweest, waarvan we de eerste twee hebben zitten wachten tot het ophield met regenen. Gisteren was wel lekker weer en hebben we gesnorkeld. Veel mooie gekleurde koralen gezien en ook veel vis. Onder andere een Sting-ray(rog), kreeften, zeeslang en morenen.

We gaan zo weer terug naar het vaste land. Morgenvroeg weer op de pedalen en de bergketen weer over richting de Panamerican Highway, om vandaar naar Panama-city te fietsen.

30 september

Ja ja, we zijn aangekomenin land nummer 7, panama. gister hebben we de grens gepasseerd, en hebben we overnacht in een goed hotel met goed eten. de totale rekening inclusief avondeten en ontbijt was 15 us dollar voor ons tweeen. zo´n goede prijs kwaliteitverhouding hebben we niet vaak. Inmiddels zijn we aangekomen in David, de op 2 na grootste stad van dit land. we moeten wennen aan de herrie in de straten (elke winkel heeft zo bijvoorbeeld een grote speaker met een flinke stoot teringlawaai). Verder wel erg luxe hier, je kunt alles weer krijgen, komt grotendeels door de bemoeienis van de amerikanen in dit land.

We blijven hier 2 dagen om bij te komen van de afgelopen 2 weken. veel gefietst, gelopen, en af en toe verschrikkelijk afgezien, maar t was de moeite waard. We hebben veel gezien van de westkust. Park manuel antonio en corcovado bezocht, veel dieren gezien (toucans, 4 soorten apen, wasbeer, neusberen, agouti´s (groot knaagdier), luiaards, papegaaien, ara´s, slangen, vogelspin (die ronnie van gertrude´s broekspijp verwijderde met een elegante tik, voordat gertrude zelf doorhad dat ze ongewenste visite had). Het camperen bij een rangerstation aan het strand was zeker een hoogtepunt. De golven waren de hoogste die we tot nog toe gezien hadden en je zag dieren van dichtbij. Zo kwam er een neusbeer langsscharrelen, legde een schildpad haar eieren op 10 meter van de tent in het zand, zagen we een groep van 10 toucans en vlogen er regelmatig grote rode ara´s over met veel kabaal.

Op het schiereiland, in de meest afgelegen jungle  van Costa Rica(cocovado), hebben we meegeleefd met het huwelijk van Gerrit en Pauline. We moeten helaas geduld hebben om de video en de foto´s later te bekijken.

Tijdens de oversteek van de baai, Golfodulce, van het schiereiland naar het vaste(re) land, werd de veerboot meerdere malen vergezeld door een club dolfijnen die mooie capriolen uithaalde. Ze jumpten vlak naast de boot om ns goed te laten zien wat ze in huis hadden.

28 september

Hier weer een bericht van ons. We zitten nu op Peninsula de Osa, een schiereiland in het zuiden van Costa Rica. We zijn net terug van het nationaal park Corcovado. Hier leeft de grootste populatie rode ara's van Centraal Amerika. Prachtige vogels. We hebben er heel wat gezien. We hadden ze al vaak tam gezien maar dit is toch iets heel anders.
Verder hebben we er veel ander wild gezien.
Het was nog een hele toer om er te komen. We wilden eerst via de noordkant het park binnengaan, maar hiervoor moesten we ongeveer 20 keer de rivier doorwaden. Deze had een behoorlijke stroming en na een stuk of 10 keer hielden we het voor gezien. We zijn nu via de zuidkant naar binnen gegaan. Hiervoor moesten we eerst 3 km over het strand. Valt nog niet mee met bepakte fietsen. Van hieruit zijn we gaan wandelen.
We zijn nu weer terug in de bewoonde wereld en gaan morgen richting Panama. Met een beetje mazzel halen we de grens ook morgen en kunnen we Costa Rica achter ons laten.

16 september

Inmiddels alweerv vertrokken uit Granada, deze stad kennen we nu te goed, 4 keer geweest. Mijn (ronnie) as is vervangen en dus konden we met een gerust hart weer verder ploeteren. De versleten as was dusdanig aan gort dat we de rit managua (waar de fietsen gestald stonden) -granada niet uitfietsen konden. We hebben 5 dagen van fietsen achter de rug en zijn aangekomen in jaco, een surfmekka, gelegen halverwege CR, pacific. De golven zijn hier behoorlijk hoog heb ik vanmiddag al ondervonden. Af en toe heb je een serie van 4 golven die als een muur op je afkomen. Morgen gaan we een plank huren. (eigenlijk ga ik een plank huren omdat gertrude m niet zal betreden, zegt ze nu al, vamos a ver.) We zullen zien hoe ´t (be)valt.

Vanmiddag zagen we kwa natuur iets heel bijzonders. We hadden al gelezen dat je vanaf een brug die we zouden passeren krokodillen konden zien. Toen we aankwamen bij de rivier zagen we ze inderdaad. We telden 15 joekels, waarvan enkele ruim vier meter! Ze lagen vlak bij de brug terwijl het verkeer er overheen raasde. Verder zagen we aan ht begin van de dag nog een neusbeer langs de weg scharrelen.

Overmorgen verder naar park manuel antonio, schijnt mooi te zijn. daarna verder naar het uiterste zuiden, schiereiland Osa met het gebied corcovado, een ruige moeilijk te bereizen wildernis. maar met de bikes lukt t vast wel.

7 september

Hier alles ok. danielle en marcel zostraks weggebracht naar het vliegveld. Hele leuke tijd gehad met zn vieren. Veel (af)gezien, gegeten en bieren tot ons genomen. Maar goed, de tijd om de beentjes weer rondjes te laten draaien is weer aangebroken. Morgen naar Granada, as laten vervangen, daarna verder richting Costa Rica. In CR willen we nog enkele plaatsen bezoeken om snel door te gaan naar Panama. Over Panama hebben we ook goede verhalen gehoord van andere reizigers.

26 augustus

Hier een bericht uit Samara, een plaats aan de kust van Costa Rica. We zitten nog steeds aan de kust. We liggen niet alleen te bakken, maar hebben ook nog actieve dingen gedaan.
We hebben gezien hoe de zeeschildpadden (olive ridly turtle) op het strand komen en hun eieren leggen. Geweldig om te zien. Ze kwamen al in de namiddag op het strand, dus hadden we nog voldoende daglicht.

Na de schildpadden zijn we naar Samara gegaan, ongeveer 30 km verderop. We dachten dat we dit wel even zouden liften, maar er was niet veel verkeer. Al met al hebben we zo'n 20 km moeten lopen. We moesten een aantal keren door een rivier waden. Vandaar dat er zo weinig verkeer was.

We hebben nu 2 dagen in Samara gezeten en gaan morgen weer verder. We willen naar de vulkaan Irazu, met een bijzonder kratermeer.
We vermaken ons bijzonder met z'n vieren.

19 augustus

Inmiddels zijn we aangekomen in playa del coco, costa rica. danielle en marcel zijn ook heel overgekomen geheel volgens planning. Inmiddels hebben we de vulkanen masaya en concepcion beklommen. de laatste bevindt zich op het eiland ometepe in het meer van nicaragua. hier hebben we nog steeds spierpijn van omdat de totale tocht, klim en afdaling zo'n 8 uren in beslag namen. de dames zijn halverwege teruggegaan met een van de gidsen. de heren hebben tot het einde doorgebikkeld zij het met moeite. op de top konden ze over het randje van de krater kijken en de rook opsnuiven. niet geheel zonder gevaar omdat t stormde in combinatie met hevige stortbuien. de afdaling was ook zwaar, veel rotsen en glibberige modder op de steile hellingen. maar in ieder geval een mooi avontuur. doorgereisd naar san juan del sur vlak bij CR. mooi strand en zee terwijl honderden pelikanen en fregatvogels rondcircelen.

overmorgen gaan we richting samara, dat ook op dit schiereiland ligt, daarna het binnenland in voor een bezoekje aan enkele nationale parken en actieve vulkanen, om vervolgens weer richting Nicaragua te gaan. We gaan dan ten oosten van het Nicaraguameer weer richting Managua, waar wij onze fietsen hebben achtergelaten. Dan is de vakantie van M en D zo beetje voorbij en stappen wij weer op fietse.

17 augustus
We zijn vandaag aangekomen in Managua, vertrokken uit La Paz centro. Drukke route gehad, veel verkeer en stof. We zagen zwart van het stof.

De zee bij Poneloya was mooi, gigantisch hoge golven. kilometers strand, waarvan het zand zwart was. Bijzonder was het hotel waar we zaten, opgetrokken uit hout met uitzicht op zee. We sliepen met de deuren van het balkonnetje open. De vleemuizen di het gebouw bewoonden vlogen door onze kamer in en uit. Voordeel van deze beesten is dat ze insecten eten. Vanui Poneloya zijn we via Leon naar La paz centro gegaan. een truckersplaats mzonder sfeer. Pensions waren vol of t was niks, uiteindelijk bij een oud vrouwtje in de schuur geslapen. Gertrude op een houten bed zonder matras, Ronnie in de hangmat. Managua is een grote stoffige stad met veel luxe en armoede tegelijk. Onderweg hiernaartoe fietsten we langs hutten die opgetrokken waren uit kleden en karton, erg armoedig.

1 augustus

Inmiddels aangekomen in Leon. Mooie koloniale stad. De reis hiernaar toe was erg boeiend. 120 km gefietst gister. Voornamelijk afdaling en wind in de rug. In een dag zijn we in een heel ander klimaat terechtgekomen. t is hier bloedheet terwijl het in de hooglanden nog koel was.

Tijdens onze fietstocht hadden we de laatste 50 km constant zicht op 10 vulkanen die over een lengte van meer dan 50 km uit het vlakke landschap oprijzen. Fantastisch gezicht, van 2 konden we zien dat ze actief zijn. We hebben ook nog borrelende modderpoelen bezocht die voortkomen uit een van de actieve vulkanen.

Morgen vertrekken we naar het strand aan de grote oceaan. Voor het eerst zien we de pacific tijdens onze reis. Tot nog toe alleen de caribische zee nog maar gezien. De golven schijnen reusachtig te zijn in Poneloya.

26 juli
We zijn inmiddels aangekomen in Danli. Een plaats in het zuiden van Honduras. Morgen zullen we de grens met Nicaragua oversteken. We hebben een aantal pittige dagen achter de rug met vreemde verrassingen. We vertrokken donderdag 18 juli vanuit La Ceiba. We zouden dwars door het gebergte steken over een gravelweg, die uit zou komen op een doorgaande weg. Deze was goed. Dat wisten we omdat we hier al een stuk van gefietst hadden voor we naar Utila gingen. Vol goede moed gingen we op weg. Na zo´n veertig kilometer gefietst te hebben, was het plotseling einde weg! Tja, en daar sta je dan. Wat te doen? Er liep wel een pad verder. Hoewel slecht begaanbaar hadden we beide weinig zin om terug te gaan. Dat zou nl betekenen dat we een enorme omweg zouden moeten maken. We gingen toch voor het pad en zouden wel zien hoe het zou verlopen. We kwamen al snel mensen tegen die bevestigden dat het pad in elk geval niet dood liep. Dus gingen we door. Het pad werd steeds slechter en had de nodige hindernissen. Van fietsen was sowieso geen sprake, dus met veel getrek en gesjor kwamen we tergend langzaam vooruit. Soms moesten we kleine riviertjes oversteken en langs afgronden manoevreren. We bleven maar klimmen. Hoewel we fantastisch uitzicht hadden, hadden we niet veel tijd om ervan te genieten. De tijd begon nu wel te dringen. Het werd een race tegen de zon. Toen we eindelijk op de top van de berg stonden en in het dal konden kijken, zagen we hoe ver we daar nog van verwijderd waren. Dat zouden we nooit halen. We hebben nog geprobeerd om snel af te dalen. Dat was rennen met de fiets aan de hand. Tot overmaat van ramp scheurde Ronnie´s buitenband langs een rots. Nu konden we het helemaal wel shaken. Bij een riviertje stond een boerderijtje en het leek ons een goed idee om die mensen te vragen of we hier onze tent op konden zetten. Er bleken hier 3 cowboys te wonen die ons de ruimte onder hun golfplaten afdak aanboden om onze hangmat op te hangen. We mochten gebruik maken van de keuken en de douche en kregen zelfgemaakte kaas. Erg gastvrij. De volgende morgen boden ze ons melk aan. We moesten onze koppen meenemen en we gingen naar 1 van de 8 koeien. Er werd een kalf bij de uiers gelaten zodat de boer de gelegenheid had om de achterpoten vast te binden. Toen werd het kalf weer weggetrokken en de tepels werden schoongemaakt met de pluim van de staart.  Het kalf werd met z´n kop vastgebonden aan de voorpoot van de koe. Het melken kon beginnen. Zo vers hebben we de melk nog niet vaak gehad.

De tocht ging verder en het heeft ons nog drie uur gekost om Olanchito te bereiken (dit was ons doel van de vorige dag). Om ons  tijdverlies in te halen en omdat ons visum binnen een week verloopt hebben we het laatste traject gebruik gemaakt van de bus. Aangekomen in La Union een hotel gevonden en inkopen gedaan voor de volgende dag. Vanuit deze plaats zijn we 14 km bergop gefietst naar  La Muralla, een Nationaal park. Flink afzien, maar een erg mooie route. In het park aangekomen mochten we onze tent opzetten onder het afdak van het bezoekerscentrum. We waren de enige gasten.
s Middags nog een wandeling gemaakt en veel apen gezien. Verder grote troepen papegaaien. Al fietsend de volgende dag verder gegaan naar Guiamaca, 108 km gefietst met veel bagger, door een spectaculair landschap. Het vervolg naar Danli was zwaar en ambitieus, ongeveer 145 km af te leggen in een dag. Dit was gisteren. Flink afzien want naast veel gravelwegen zaten er een paar lange klimmen tussen, een van 22 km. Tegen het einde van de middag zagen we al in dat t moeilijk werd. De plaats voor Danli bleek geen hotel te hebben dus moesten we verder. Het werd echter al donker en er kwamen nog wat klimmen om de bocht kijken. Uiteindelijk zagen we toch een motel, hier aangeklopt. T zag er wat wazig uit, alles erg goed afgeschermd etc. Het bleek dat je er kamers per uur moest huren met een maximum van vier uren, fijne boel... Het idee stond ons erg tegen maar we wisten ze ervan te overtuigen dat we absoluut niet verder konden fietsen, dat zagen zij ook wel in. Dus kregen we een kamer voor een hele nacht voor een budgettarief. Het was er goed voor elkaar, schoon, goeie hete douche etc.. Verder lagen er handdoeken en een rubber klaar... Het was vrij rustig weinig andere gasten.. Alleen onze buren lieten ons nog even meegenieten, maar die waren na een half uur al weer vertrokken…  Zo zie je maar dat je soms afhankelijk bent van anderen en niet altijd keuze hebt.

Momenteel bevinden we ons in Esteli, Nicaragua, 125 km van de grens. Hiervoor overnacht in Ocotal, klein hotelkamertje wat veel weg had van een schuur, vooral de muis die tegen Ronnie’s voet botste tijdens zijn vlucht uit de kamer.
Tot zover..

17 juli

Zo, we zijn weer terug aan vaste land. Ruim een week doorgebracht op t eiland Utila (vroeger de basis van vele zeerovers). Ik (ronnie) heb hier twee duikcursussen gedaan (padi open water en advanced) en Gertrude heeft lekker gesnorkeld en op t strand rondgehangen met een leesboek. Verder hebben we een robinsonexpeditie gedaan naar een in de buurt gelegen bounty-eiland met Michel en Sofie (Den Bosch) en Audry (US). Bij een ander eiland hebben we onze bootman aan laten meren om 2 grote red snappers te kopen. Deze heerlijke vissen hebben we op t eiland watercaye gebarbecued. Zelfs gertrude was onder ded indruk van de heerlijke smaak. Verder hebben we bij het kampvuur enkele flessen goede (nicaragua-)rum soldaat gemaakt.  S Nacht in onze hangmatten onder een prachtige sterrenhemel lekker liggen maffen. Een bijzonder idee om een kokoseiland voor jezelf te hebben.

Het duiken was ook een mooi avontuur. De koraalriffen waren prachtig en veel vis te zien. Onder andere oog in oog geweest met een verpleegsterhaai. Toevallig had ik net een onderwatercamera gehuurd, ik hoop dat ie niet te veel geschrokken is van de flits. Verder drie roggen (spotted eagleray) gezien en enkele reusachige groene murenen (palingen van 1,5 meter). De laatste dag hebben we nog een scheepswrak bezocht op 30 meter diepte. Tijdens de tochten naar de riffen zagen we ook nog dolfijnen en vliegende vissen (30 cm lang en vliegen soms 30 meter ver over het water met behulp van grote zijvinnen). Kortom het duiken was weer een nieuwe en erg spectaculaire ervaring.

Vanmorgen zijn we weer in La Ceiba aangekomen en morgen gaan we richting het zuiden. We zullen dan door een gebied fietsen waar nauwelijks reizigers komen. Het schijnt een erg mooi en ongerept gebied te zijn. Over een dag of 10 denken we bij de grens van Nicaragua te zijn.

7 juli

Inmiddels zijn we aangekomen in La Ceiba. Van hieruit zullen we overmorgen naar het eiland Utila vertrekken. Morgen gaan we in La Ceiba naar het vlindermuseum.
Vandaag ging het fietsen erg goed. Om 12 uur zaten we al op 90 km (gemiddelde van zo'n 21 kmph). Nieuw record. Totaal hebben we 105 km afgelegd vandaag. We hebben nu 3000 km gefietst.

Vanuit Tela zijn we al fietsend naar een natuurreservaat gegaan. Op een gegeven moment konden we niet verder en was de weg afgesloten met een hek. Er bleken mensen te wonen en achter het erf liep de platanorivier. We hebben hun kayak (uitgeholde boomstam) gehuurd en hebben 3 uurtjes rondgedobberd door de mangroven. Prachtig gebied, erg rustig. We zagen mooie reuzenijsvogels en ander rondvliegend gevederd spul van dichtbij.

Verder nog wat strandbezoek gepleegd. Mooie standen hier met een prachtig blauwe zee. Ronnie moest zonodig weer kijken onderwater, weg contactlens (enorme randdebiel..dit is m al ns eerder overkomen). In Utila zal hij de duikbril opzetten, opdat de lenzen langer meegaan.

We gaan nu weer terug naar ons hotel (genaamd Rotterdam, gelegen naast hotel Amsterdam), een paar Nederlanders dachten er verstandig aan te doen hier wat te beginnen. Onze indruk van La Ceiba is echter dat t ver onderdoet voor Tela. Veel verkeer hier en weinig sfeer, t strand stelt hier ook weinig voor.

3 juli

We zijn inmiddels aangekomen in San Pedro Sula, een grote stad in Honduras. We hebben er twee dagen fietsen opzitten. De spaken van Ronnie´s fiets konden in Copan niet vervangen worden, dus met 2 spaken minder in zijn achterwiel zijn we maar gaan fietsen. Bagage een beetje anders verdeeld en zo hebben we La Entrada zonder problemen gehaald. Hier konden de spaken gelukkig wel vervangen worden. In de werkplaats was het hele gezin aanwezig. Kinderen sjouwden over gereedschap en onderdelen. Een grote chaos. De fietsenmaker kwam ook tot de ontdekking dat Ronnie´s achteras versleten is. Hij kan er nog zo´n 2 maand mee fietsen zei hij. Alleen weten we niet op hoeveel kilometers hij die uitspraak baseert. Na 3 kwartier sleutelen was het voor elkaar. Geld wilde hij niet hebben. Zelfs niet na aandringen.

Vanuit La Entrada zijn we vanmorgen om 7 uur weer vertrokken. We hebben 116 km afgelegd. Een nieuw dagrecord. Voor 12 uur zaten we op 80 km. We hopen over een dag of twee, drie in La Ceiba te zijn, vanwaar de we boot zullen nemen naar Utila (geen idee hoe lang dat varen is).

28 juni

Inmidddels aangekomen in Copan. Weer een stuk warmer geworden vanwege de lagere ligging. Onze tocht zag er als volgt uit:

Antigua-Pacaya: Klim naar Sanat Maria de Jesus, daaran ruige en steile afdaling over gravel met een fantastisch uitzicht op de rokende pacayavulkaan.

Pacaya: Overnacht in de voorraadkamer van het bezoekerscentrum in San Francisco aan de voet van de vulkaan. 's Morgens de beklimming en na anderhalf uur zaten we samen met de gids (60+ er die dagelijks twee keer deze tocht aflegt) en zijn dobermann aan de rand van de krater. Uniek uitzicht. de Wolken zoefden onder ons langs en we hadden ongelofelijk veel geluk met het weer (tijdens de afdaling trok de lucht helemaal dicht). Heel bijzonder om over de rand te kijken in een rokend gat. Uit de spleten in de vulkaan komt ook een hete luchtstroom met veel zwavel. Geen lava gezien, teveel rook.

Afdaling Pacaya-Amatitlan: Spectaculair en bijzonder stijl, gravel met diepe geulen. We werden getracteerd op een tropische stortbui. Aangekomen in Amatitlan een hotel genomen na eerst fietsend enkele straten te hebben overgestoken die verander waren in snelstromende rivieren. 's Nachts letterlijk wakkergeschud in ons betonnen bed. Gedurende 5 seconden lagen we flink te shaken als gevolg van een aardbeving. Geen schade, geen doden/gewonden. Dus maak je geen zorgen. er is ook in de media niet over gerept: Dit soort bevingen schijnt hier niet abnormaal te zijn.

Amatitlan-Copan: In drie dagen de route afgelegd met veel klimmen en afdalingen. Goed asfalt gehad, deels over de panamerican highway. Wel enigszins link vanwege het drukke verkeer, daarom de spiegels weer gemonteerd. Grootste deel (na Jutiapa)was de route erg rustig. We hadden de hele weg voor ons zelf met een goed overzicht. Dit gaf een goede gelegeheid om onze maximum snelheid eens op te schroeven (70 kmph, sorry we kunnen het niet laten..)

Nog enkele vulkanen gezien tijdens de route alleen waren deze minder spectaculair dan we al gezien hadden.

Gistermiddag moe maar voldaan aangekomen in Copan. Morgen de beroemde mayasite bezoeken.

Overmorgen vertrekken we naar Utilla, een tropisch eiland in de cariben. Ik (Ronnie) wil hier mn duikbrevet halen. Deze tocht zal ongeveer een week in beslag nemen.

22 juni

Nu mailen we vanuit Antigua. Alles ok met ons. We zijn enkele geleden dagen vertrokken uit San Pedro. De tocht die we gefietst hebben was prachtig en erg zwaar zoals gebruikelijk, maar we mogen niet klagen, want we hadden de hele weg asfalt. Groot deel over de oude panamerican highway gefietst. De route leidde langs prachtige bergen en vulkanen.

Vandaag hadden we voor t eerst een onbewolkte dag hier in Antigua. Daardoor hadden we goed zicht op de drie vulkanen. De Fuego is actief en van ons dakterras konden we lava, as en rook uitgespuwd zien worden. Verder is Antigua een prachtstad met een echte supermarkt.

Mail 17 juni

Allereerst: alles ok met ons, met jullie ook hopen we. Inmiddels hebben we de laatste schooldag achter de rug en hebben we afscheid genomen van ons huiswerk en onze juffen. We begonnen er al een beetje zat van te worden want 3 uur per dag een op een les en daarna nog een middag werkwoorden, grammatica en vocabulaire stampen maakt een mens niet blijer. Maar wel veel geleerd, nu blijven oefenen in de praktijk, maar daar waren we al druk mee bezig.

Morgenvroeg pakken we de lancha (bootje) naar Santiago Atitlan en fietsen we verder richting Antigua. Dit zal gelet op de zware wegomstandigheden zeker 2 dagen in beslag nemen. We komen ni totaal langs een vijftal spectaculaire vulkanen, dus t gaat zeker een prachtige tocht worden.

Mail van 31 mei

Onze laatste mail kwam vanuit Nebaj. We zaten te wachten op de gids, voor een wandeling. Het weer klaarde wel op, maar de gids kwam mooi niet opdagen. De aanbetaling van maar liefst 3 euro had ie in z'n zak. Deze gids werd nog wel aanbevolen door de Lonely Planet, maar volgens de hoteleigenaresse flikt hij dit kunstje wel vaker.
We zijn er nu zelf op uitgetrokken en zijn naar een waterval gelopen. De waterval was wel 25 meter hoog.
Met de fiets zijn we de volgende dag weer verder gegaan. We hadden dit keer meer geluk met het weer. Het was lekker zonnig waardoor we een prachtig uitzicht hadden tijdens de zware klim van 12km over gravel. Ik (Gertrude) ging zo langzaam dat ik zomaar omviel, niet meer in staat om te corrigeren. Maar gelukkig val je niet zo hard vanuit stilstand. Dit kan Ronnie beamen. Later kwam de afdaling. De kwaliteit van de gravel was nog minder geworden. Wellicht dat dit meehielp aan het feit dat Ronnie's voorwiel een andere koers inzette dan bedoeling was. Door een combinatie van de zware bepakking achter, een bocht, dikke laag grind en een flinke vaart gleed het voorwiel weg en schuurde Ronnie nog enkele meters verder door t gravel. Gelukkig geen ernstig letsel. Een paar flinke wonden in elleboog, hand en knie. De fiets had behalve enkele krassen, geen letsel. We hebben de tocht, na vakkundige verpleging door Gertrude, voortgezet. Uiteindelijk toch nog zo'n 50 km gemaakt door een majestueus berglandschap. Per bus en een lift in een pick up, uiteindelijk in Chichicastenango aangekomen. Hotel met warme douche genomen om de wonden verder uit te spoelen.

In Chichi hebben we een indianenmarkt bezocht, super! De indianen lopen hier in mooie klederdracht rond, een heel speciaal gezicht. Voor de kerk, op de trap, is een permanent vuur van wierook en offers. Dit geheel in combinatie met deze mensen schept een bijzonder mysterieuze sfeer.

De tocht verder voortgezet naar Lago de Atitlan. Vanwege de geblesseerde knie van Ronnie, hebben we de bus gepakt. Overgestapt in Solola, ook een prachtig stadje met een chaotische en gekleurde markt.

De laatste 10 km gefietst, zeer relaxed: asfalt en een afdaling met superuizicht over het meer van Atitlan met zijn vulkanen. Dit meer wordt verondersteld het mooiste meer ter wereld te zijn. Het meer is feitelijk een kratermeer van meer dan 300 meter diep. In Panajachel hebben we intrek genomen in een hotel waar we 4 jaar geleden ook gezeten hebben, erg leuk. Nog steeds alles hetzelfde, zelfs het toilet waar Gertrude destijds in recordtijd 4 maal haar maag geleegd heeft na het eten van kipsalade. Het restaurant dat deze salade serveert slaan we dit keer maar over.

We gaan hier beoordelen of we een cursus spaans gaan volgen. We zullen sowieso wat langer doorbrengen in Panajachel en San Pedro, dorpen aan het meer.

Mail van 14 mei 2002

Bij deze eindelijk weer eens een mailtje van ons. We zijn de afgelopen twee weken in Belize geweest waarbij we geen internetmogelijkheden hadden. Een telefoon was al schaars, evenals electriciteit en water. Maar gelukkig heeft Belize kraakheldere riviertjes, waarvan het water smaakt als mineraalwater. Dus dat was niet zo´n probleem.

Toen we Belize binnenkwamen bij San Ignacio (in het westen) zijn we meteen doorgefietst naar Caracol. Een grote Maya-plaats die ze op dit moment aan het blootleggen zijn. Leuk om die werkzaamheden te zien. De grootste pyramide was bijna klaar en zag eruit als nieuw.

Caracol ligt 60 km het binnenland in, alleen te bereiken over gravel, met veel bergen die ook erg stijl waren. Dan zijn die riviertjes heerlijk voor verkoeling en de dorst te lessen.

Daarna zijn we richting de kust gefietst. Onderweg kwamen we vlak langs een Jaguarreservaat. Hier zijn we twee nachten gebleven in de hoop een jaguar te zien. Maar die beesten hebben een territorium van zo´n 25 vierkante kilometer, dus de kans dat je er eentje ziet is erg klein. We hebben er ook inderdaad geeneen gezien. Wel veel andere dieren, waaronder veel vogels.
Uiteindelijk zijn  we neergestreken in Placencia, een plaatsje aan het eind van een schiereiland, die door orkaan Iris in september 2001 helemaal is platgewaaid. Er ligt nog veel puin tussen de geknakte palmbomen.

Inmiddels zijn we weer in Guatemala aangekomen. We zijn met de boot vanuit Punta Gorda (zuiden Belize) naar Puero Barrios in Guatemala. De tocht ging met speedboot over ruige zee. We werden zeiknat. We zijn nu aan het wachten op de boot naar Livingston, waar het beter vertoeven is.

Mail van 28 april 2002

Inmiddels hebben we de onvergetelijke trip El mirador achter de rug. We zijn heel aangekomen in flores en komen weer wat tot rust.

Een week geleden (zaterdag) zijn we per fiets richting carmelita vertrokken. Behoorlijk afgezien vanwege ded bar slechte weg met veel fijn stof en grote keien. Veel pech, zoals waterzak lek, zo ook de band van gertrude, deel verkeerd gefietst (op zich niet erg, maar kost veel tijd), schroef bagagedrager verloren, bagage steeds los, bananen geplet, etc.. Het laatste stuk de kippenbus gepakt die 1 keer per dag rijdt. Hiermee ook gelijk het zwaarste deel van de etappe overbrugd, en zodoende voor donker in Carmelita (laatst bereikbare dorp) aangekomen. Terwijl we nog onder het stof zaten hebben we een maaltijd van bosvarken voorgeschoteld gekregen. Hier ook een gids geregeld.

De volgende morgen met de gids, zijn assistent en drie muilezels de bush ingetrokken. El Mirador ligt op 60 km afstand lopen over smalle bospaden. Dit kostte ons 2 dagen lopen, zeer intensief vanwege de warmte, de boomstronken, -wortels en kruiplianen. Het struikelen hierover kostte ook veel energie.

Bij het kamp Mirador aangekomen de hangmatten weer opgehangen. Rededlijk goed geslapen in onze hangmatten, ondanks dat de muggen er dwars doorheen prikken.

De volgende morgen hebben we de pyramides beklommen en de zonsopkomst gezien. Het is werkelijk prachtig om over dee jungle uit te kijken vanaf 100 m hoogte. Je ziet apen, toekans en papegaaien. In het gastenboek van de parkopzichters zien we dat in de afgelopen jaren enkele Nederlanders ons voor zijn geweest. Een stuk of 5. De mayastad ligt grotendeels bedolven oner het woud, veel van de gebouwen zie je daarom niet, omdat er nog weinig opgravingen hebben plaatsgevonden. Wel is zo goed als zeker dat dit een van de grootste mayastedeen is geweest, er hebben 10 duizenden mensen gewoond. De volgende 2 dagen weer terug gelopen en weer van alles gezien, vooral bospad. We zaten allebei extreem onder de muggebulten. Verder veel steekvliegen en wat nog erger is: ontelbaar veel teken. Gertrude had er een keer tientallen in haar huid. De gids liet ons af en toe een takje zien op het pad, op een klein blaadje zaten honderden teken te wachten op een lekker maaltje.

Dus een trip van 5 dagen veel lopen, geen douche, wasbak of toilet, geen electra en weinig water (moesten de ezels allemaal meeslepen) Onze kleren en wijzelf meurden een uur in de wind (we hadden maar een stel kleren bij ons, hier sliepen we ook in). 's nacht werd t toch nog onverwacht koud. Omdat we geen laken of deken bij ons hadden was t behoolijk kleumen in de hangmat.

Teruggekomen in Carmelita hebben we ons weer afgespoeld en onze vieze kleren weer aangetrokken. De volgende morgen om 7.30 uur weer teruggefietst en flink stof gehapt, het lijkt op meel en de laag was soms wel 10 cm dik. Na 40 km afslag El Zotz (in mayataal: vleermuis) genomen en over een extreem slechte weg 20 km afgelegd. We bleken de eerste fietsers die bij deze mayastad geweest zijn. ook hier woonde een opzichter (ook heel primitief in zn eentje) We mochten in zijn hut koken en zijn water gebruiken. In een andere hut mochten we de hangmatten ophangen. Hij leek helemaal blij dat er weer mensen langskwamen. s avonds liet hij ons een prachtig uitzichtpunt zien en tijdens de zonsondeergang de grot waaruit 10duizenden vleermuizen in wolken de nacht tegemoet vlogen, heel fascinerend om er tussen te staan. Het was een mooi gezicht om de vleermuizen voor de volle maan langs te zien fladderen.

Gekookt en tegen een uur of 9 in de hangmat gedoken. Ook de volgende morgen weer vroeg op, kwart voor 6. Dit is tegenwoordig min of meer ons ritme. Francisco liet ons ded ruines zien, waaronder enkele pyramides en tunnels. ook deze waren grotendeels nog bedekt onder het woud. Op de weg terug, lopend, liet hi jons veel soorten planten en bomen zien die eetbaar zijn, dan wel eetbare vruchten geven. Zo ook de palmpit geproefd. Tegen een uur of 10 afscheid genomen en weer richting Flores gefietst. Met een lancha het Peten-meer overgestoken, dit scheelde weer 30 km gravel en leverde een mooie boottocht op.

In Flores aangekomen een hotel gezocht en enorm genoten van een koele douche. Verder koud bier en een grote zak chips gekocht. Na zo'n barre tocht ga je deze simpele dingen weer extra waarderen.

Mail van 19 april 2002

De komende dagen gaan we El Mirador ,mayastad, bezoeken, 80 km ten noorden van Flores. Deze trip is minimaal 5 dagen lopen door de jungle. Daarna gaan we per fiets nog een aantal andere mayasites in de bush bezoeken. Dus een poosje geen internet. Onze bagage blijft grotendeels achter in hotel Dona Goya.

Mail van 6 april 2002

Inmiddels zijn we aangekomen in SCdlC.  Via een gravelroad zijn we vanaf Ixtapa naar hier gekomen. Het eerste stuk (om 7.00 uur begonnen) over de Panamerican Highway, was zo'n 30km, alleen klim (11 uur in Ixtapa).

Via de gravelroad zijn we het bergland ingegaan. Dit was een prachtige route. eerst afgedaald, na 1 uur kwamen we bij een rivier aan, kraakhelder koud water, lekker gebadderd na een verhitte tocht. Fris weer verder, de waterzak bijgevuld.

Na uren, uren klimmen over een steeds slechter wordende weg kwamen we in het eerste indianendorp. Hier een cola gedronken, suiker.. Schuchtere indianenvrouwen en -kinderen keken stiekempies om de hoekjes van de huisjes. Als we zwaaiden, doken ze snel weg.

Onderweg veel bekijks van enkele passanten in 4WD's. De reacties waren eensluidend: die lui lijken wel geschift hier te gaan fietsen.

Toevallig een zeldzaam plekje gevonden om de tent op te zetten, een prachtig uitzicht over de bergen en een waterval op de achtergrond. Verderop was een dorpje, enkele passanten hebben we gemeld dat we hier wilden overnachten, dit was geen enkel probleem. De tent opgezet en een prak gekookt (rijst met bouillon). Het koelde al snel af, maar we hadden nog wat warmte van het kampvuur. Tegen een uur of 8 zijn we gaan maffen. Nog nooit heeft Gertrude ooit zo gebikkeld op haar verjaardag. En nog nooit heeft ze zo'n karige maaltijd gehad op haar verjaardag. En nog nooit zo weinig verjaardagsvisite.

De volgende dag was Ronnie om 6 uur op, zonsopkomst. Wat water gehaald uit de rivier en er een kop thee van gezet. Ook wat van dit water in de rijst gedaan die nog over was, en een heerlijk ontbijt geregeld.

Om 9.00 uur vertrokken voor het vervolg van de reis. Klimmen in het kwadraat. Bij een indianendorp (Sierra-Blanca: Tlotzil-indianen) geprobeerd een colaatje te scoren. Bij het Pepsi-uithangbord waar op afstand nog zeker 5 dames te zien waren, bleken deze plotsklaps verdwenen, deur dicht. Ze waren erg schuw voor ons blanken, hier komt nooit ene tourist. Verder naar het volgende dorp dat we na zo'n 2 uren bereikten na alleen geklommen te hebben over gravel.

Om 15 uur aangekomen in SCdlC. Prachtig stadje op 2100 m hoogte, in het dal wel te verstaan, We hadden nog een lange afdaling voor we de stad bereikten. Rustige camping gevonden buiten de stad, erg mooi. s Avonds alsnog de verjaardag van Gertrude gevierd door heerlijk uit eten te gaan, wat een luxe.

Vanaf San Cristobal vertrekken we over 2 dagen naar de Ocosingo (75 km NO van SCdlC), rand van Lacandon jungle.
Hierna naar zuiden: lagunas de Montebello en van hieruit naar Oosten: Laguna Miramar en Bonampak en Yaxchilan (mayasites), aan grens met Guatemala. Hier zullen we de grens oversteken richting Flores.

Mail van 1 april 2002

Hier dan weer een berichtje van ons. We zijn niet met de trein van Puebla naar Oaxaca (spreek uit: wahakka) gegaan, want de lijn was opgeheven. We hebben dus maar een bus genomen. In Oaxaca zijn we een paar dagen gebleven.

Van daaruit zijn we naar Monte Alban gefietst. Superklim met de fiets, maar zeer de moeite waard. Het is een oude stad van de Zapoteken en Mixteken.

Op de overdekte markt van Oaxaca hebben we gegeten. Er zijn daar allemaal stalletjes waar je groente, fruit en vlees kan krijgen. Ook kun je er eten. Je zit daar met z´n allen om zo´n stalletje en ter plaatse wordt je eten bereid. Een typisch gerecht (delicatesse?) uit Oaxaca is gefrituurde sprinkhaan bereid met zout en knoflook. Uiteraard konden we dit niet aan onze neus voorbij laten gaan, aangezien we zagen hoe de Mexicanen hiervan genoten. Dus stond er binnen de kortste keren een schotel sprinkhanen voor onze neus. Het was nog lekker ook! De pootjes niet laten liggen, deze zijn juist lekker knapperig.

De volgende dag zijn we naar Yagul gefietst. Ook een opgraving van de Zapoteken en Mixteken. Onderweg kwamen we langs de grootste boom ter wereld. De doorsnee van de stam is 14 meter. Omtrek meer dan 50 meter. Reusachtig dus! Verder was de boom meer dan 2000 jaar oud.

Gisteren zijn we met de bus naar Tuxtla Guiterrez gegaan. Dit was 500 km. 12 uur rijden in een oude greyhound van 30 jaar oud, met erg veel herrie. We hebben deze afstanden niet gefietst, omdat er 1 grote weg door dit bergachtige en dorre gebied (er groeien alleen cactussen) gaat. Verder willen we wat sneller naar het zuiden, omdat daar meer te zien is en de natuur veel groener is. We raken al een beetje verzadigd van de stadsdrukte

De plannen voor de komende dagen: - Canon del Sumidero (grote kloof (1000 m hoog) gelegen aan een stuwmeer, waarin o.a. schildpadden en krokodillen leven. - Dierentuin van Tuxtla: hier komen bijna alle diersoorten van Chiapas voor. - Op fietse richting San Cristobal de las Casas, 90 km, 1700 meter hoger gelegen dan Tuxtla(Tuxtla ligt op 500m).

Mail van 28 maart 2002

Hier weer een berichtje van ons. We zitten nu in Puebla. We zijn hier in 3 dagen naar toe gefietst. Het viel nog niet mee voor mijn (Gertrude) ongetrainde benen. Maar heb het toch maar weer gered, inclusief pittige klimmetjes. Eergisteren 94 km afgelegd.

Gisteren zijn we van Tlaxcala via Cacaxtla naar Puebla gefietst. We zijn s middags begonnen in de veronderstelling dat we met een kilometertje of 30 wel in Puebla zouden zijn. Onderweg bleek dat we dit rustig konden verdubbelen, dus dat was flink doorpezen om voor het donker in Puebla te zijn. Maar dat hebben we gered.

In Cacaxtla hebben we nog ruines bekeken van de Azteken.

Morgen gaan we naar s werelds grootste pyramide ooit gebouwd. Het plaatsje waar dat is heet Cholula. Het vreemde van deze pyramide is dat er een kerk op gebouwd is door de spanjaarden. Zal wel een raar gezicht zijn.

Overmorgen willen we met de trein naar Oaxaca. We gaan dan zo langzamerhand richting Guatemala. We gaan dus toch maar niet eerst naar het noorden, wat we nog hadden overwogen. Veel te droog en te ver (2000 km).

Mail van 23 maart 2002

We zitten op dit moment nog in San Juan de Teotihuacan. Gister en vandaag bij de pyramides geweest. Vandaag was t rustig, gister was t een enorm spektakel, het was de 21e maart, nieuwjaarsdag van de Azteken. Er waren zeker 100.000 mensen, waaronder veel indianen, en relatief erg weinig toeristen. Er werden veel dansen opgevoerd in traditionele kledij (indianentooien, zoals de Azteken gekleed gingen). Het was een bijzondere ervaring. Vandaag nog een keer overgedaan om alles in alle rust te bekijken.

Mail van 21 maart 2002

We zijn goed aangekomen in Mexico-City. Het was een zeer lange reis. Het was net donker toen we het vliegveld afkwamen. Dus dat viel nog niet mee met de fiets. Het blijkt dat het vliegveld direct tegen de stad aanligt. Dus druk verkeer. We hebben een hotel gepakt dichtbij het vliegveld om eerst rustig op adem te kunnen komen.
De volgende dag zijn we vertrokken naar Teotihuacan. We moesten 30 km fietsen voordat we enigszins het idee hadden dat we Mexico-City verlieten. Wat een megastad. Echt onvoorstelbaar.